Gloudemans Blog - algemeen
20 september 2019

Is een verzoek om nadeelcompensatie voorspelbaar geworden met de Handleiding nadeelcompensatie bij infrastructurele maatregelen?

Alweer enige tijd geleden is een algemene nadeelcompensatieregeling opgenomen in de Algemene wet bestuursrecht. Die regeling is nog niet in werking getreden, omdat alle nadeelcompensatieregelingen in de bijzondere wetten gewijzigd dienen te worden. Daartoe is op 19 juli jl. een wetvoorstel aan de Tweede Kamer toegezonden. Door de minister wordt toegelicht dat alle toezeggingen aan het parlement zijn ingelost. Eén van de toezeggingen was om meer duidelijkheid te scheppen omtrent de voorspelbaarheid van de wijze waarop de overheid omgaat met verzoeken om nadeelcompensatie. Volgens de minister is aan deze toezegging voldaan met de Handleiding nadeelcompensatie bij infrastructurele maatregelen (hierna: “de Handleiding”). Bij het opstellen van die handleiding is beoogd het aanvragen en behandelen van nadeelcompensatie eenvoudiger, eenduidiger en toegankelijker te maken.

In maart jl. schreven Ad van Heesbeen en ik al dat een belangrijk deel van de nadeelcompensatieverzoeken buiten de reikwijdte van de Handleiding valt. De reikwijdte is beperkt tot tijdelijke schade over een periode van maximaal een jaar als gevolg van infrastructurele maatregelen. De uitvoeringstermijnen van infrastructurele werken belopen in de meeste gevallen een tijdsduur die langer is dan een jaar. Het is jammer dat langdurige schade en schade als gevolg van andere oorzaken niet zijn meegenomen. De voorspelbaarheid is daardoor in de praktijk maar voor een beperkt aantal verzoeken toegenomen. Voor de nakoming van de toezegging geldt dan ook wat ons betreft, een goed begin maar het halve werk.

Lees al onze opmerkingen en aanvullingen in onze bijdrage “Handleiding nadeelcompensatie bij infrastructurele maatregelen – een goed begin maar het halve werk” in het tijdschrift Overheid & Aansprakelijkheid van maart 2019 (O&A 2019/6).

Voor meer informatie neem gerust contact met mij op.

Gloudemans voor het land van morgen